Grammatica als hulpbron voor argumenteren. Instrumenten voor de evaluatie van schriftelijke betogen

Samenvatting

Esther Hafkenscheid rapporteert over een project om de schrijfvaardigheid van leerlingen in de Tweede Fase te verbeteren. Zij vraagt zich af of de instructie- en evaluatiemodellen die bij schrijven gehanteerd worden wel voldoende doorzichtig zijn. Daartoe onderzocht ze of leerlingen in 4-atheneum na een cursus grammatica meer verbindingswoorden in hun schriftelijke betogen gebruiken dan leerlingen die volgens de conventionele methode werken. Verhoudingsgewijs blijkt dat niet het geval te zijn, maar in totale aantallen gemeten wel. De auteur suggereert dat voor de (zelf) evaluatie van schrijfproducten steeds enkele concrete items geselecteerd zouden kunnen worden, bijvoorbeeld het gebruik van connectieven. Daarmee wordt de beoordeling niet alleen transparanter en minder belastend, maar ook minder saai.