Historische oorzaak-gevolgrelaties in vier taalvormen
Samenvatting
Causale relaties in het geschiedenisonderwijs kunnen met verschillende taalmiddelen tot uitdrukking worden gebracht. In het artikel van Terence Honing en Arie Wilschut wordt verslag gedaan van een onderzoek naar de vraag of bij het herkennen en begrijpen van causale relaties door onderbouwleerlingen verschillen zijn waar te nemen tussen de taalvormen waarmee historische causaliteit wordt uitgedrukt. De resultaten laten zien dat causale relaties uitgedrukt met behulp van structuurmarkeerders, zelfstandige naamwoorden en werkwoorden in schoolboekteksten voor geschiedenis leiden tot een betere herkenning van causale relaties dan het impliciet vermelden van die causale relaties. Bovendien blijkt dat causale relaties uitgedrukt met zelfstandige naamwoorden en werkwoorden beter herkend worden dan causale relaties uitgedrukt met structuurmarkeerders.