Engels, Duits en Frans in de eerste jaren van het voortgezet onderwijs

Auteurs

  • Maria Oud-de Glas
  • F. Bouwens

Trefwoorden:

Moderne vreemde talen, basisvorming, momentopname

Samenvatting

De basisvorming komt er aan. Meer eenheid in de inhoud van het onderwijs aan 12- tot 15-jarigen, is het parool. Wat betekent dat voor het leren van vreemde talen? Moet er veel veranderen? Wat wordt er nu geleerd? Op het Instituut van Toegepaste Sociale Wetenschappen (ITS) in Nijmegen is in de afgelopen jaren een onderzoek uitgevoerd dat een gedetailleerd beeld geeft van wat het vreemde-talenonderwijs (vto) in de eerste jaren van het voortgezet onderwijs nu inhoudt. Hoeveel leerlingen krijgen bijvoorbeeld Frans? Hoeveel tijd gaat er in de talen zitten? Wat krijgen ze aan grammatica? Wat leren ze over de manier van leven? Voor dit onderzoek zijn bij scholen gegevens verzameld over de omvang van het vreemde-talenonderwijs, talenleraren zijn ondervraagd en een groot aantal veelgebruikte leergangen is geanalyseerd. In dit artikel presenteren we enkele gegevens over de omvang van het vto en over de aangeboden grammatica en kennis van land en volk.

Citeerhulp

Oud-de Glas, M., & Bouwens, F. (1991). Engels, Duits en Frans in de eerste jaren van het voortgezet onderwijs. Levende Talen Magazine, 78(460), 189–192. Geraadpleegd van https://lt-tijdschriften.nl/ojs/index.php/ltm/article/view/1447

Nummer

Sectie

Artikelen